info@medi-law.nl | 06-343 443 62

Het niet instellen van actieve monitoring door de behandelaar

Gepubliceerd: 3 jaar geleden (2021-10-06)


Deze zorgblog is een vervolg op onze vorige. De neuroloog in kwestie werd niet alleen verweten dat hij op onvoldoende grond de behandelingsovereenkomst had beëindigd, maar ook dat hij in zijn zorg voor patiënte was tekortgeschoten in de periode tussen het eerste consult (2010) en de diagnose MS (2016). Het volgende was aan de hand. 

Patiënte had in 2005 een herseninfarct doorgemaakt. Naar aanleiding van een in 2008 gemaakte MRI van de hersenen en een door een MS-deskundige radioloog opgesteld revisierapport verwees de huisarts patiënte in 2010 naar de neuroloog, te meer nu patiënte vreesde voor MS en zij klachten stelde te hebben als vermoeidheid en vertraagde informatieverwerking. De neuroloog vond echter geen objectiveerbare neurologische afwijkingen. Ook hadden zich geen duidelijke neurologische verschijnselen voorgedaan. 

MRI-scans van 2005 en 2008 lieten multipele wittestofafwijkingen zien en bij het in 2005 uitgevoerde hersenvochtonderzoek werden eiwitten aangetroffen die vaak voorkomen bij MS-patiënten. Het beeld van de MRI-scan die de neuroloog in 2010 maakte week echter niet af van de beelden van de scans uit 2005 en 2008. Alles in samenhang beziende kwam de neuroloog tot de conclusie dat er geen sprake was van MS en ontsloeg hij patiënte uit controle. In 2016 kwam patiënte opnieuw bij hem vanwege toegenomen klachten en neurologische afwijkingen en stelde de neuroloog alsnog de diagnose Primaire Progressieve MS.

De beoordeling door het college

Het Centraal Tuchtcollege vond het verdedigbaar dat de neuroloog de diagnose MS in 2010 minder waarschijnlijk achtte. Daarnaast overwoog het college dat de ziekte moeilijk is te diagnosticeren en de klachten ook het gevolg konden zijn van het doorgemaakte herseninfarct. Het college is echter van mening dat MS destijds ook niet helemaal kon worden uitgesloten gezien de klachten, de afwijkingen op de MRI-scans en de aanwezigheid van de in het hersenvocht aangetroffen eiwitten. “Onder deze omstandigheden en gelet ook op de zorgen die klaagster had over de ziekte MS mocht van de neuroloog worden verwacht dat hij met haar een vervolgafspraak zou maken en – ook via de huisarts – zou zorgdragen voor actieve monitoring van haar gezondheidstoestand.” Het college oordeelt dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld door haar zonder meer uit controle te ontslaan. De desbetreffende klacht wordt gegrond verklaard. De eerder opgelegde waarschuwing bleef een passende maatregel voor de in totaal twee gegrond verklaarde klachten.

Tot slot

Hebt u een vraag of zoekt u een jurist voor uw verweer tegen een (tucht)klacht? Mail naar info@medi-law.nl of neem direct contact op: tel. 06- 343 443 62. 

Uitspraak